Bijna iedereen die ziek is heeft maar 1 plek waar hij of zij het liefst wil zijn: thuis. Of dat mogelijk is,
hangt over het algemeen af van heel veel verschillende factoren. Een hele belangrijke factor is de
hulp die de zieke al dan niet kan ontvangen van familieleden.
We zijn het liefst thuis
Iedereen zal het wel herkennen. Ben je niet zo lekker, of zelfs ziek, dan wil je het liefst thuis zijn. In je
eigen bed, met je eigen spullen, tot rust komen, uitzieken en weer aansterken. Er is vrijwel niemand
die op het werk ziek wordt en denkt ‘nou, ik blijf nog even hier, bevalt prima’. Thuis is de plek waar je
volledig jezelf kunt zijn, waar je het meest ontspannen bent en waar je over het algemeen het liefst
wilt zijn als je je niet goed voelt. Dat is niet altijd mogelijk.
Soms ben je zo ziek dat thuis misschien wel de fijnste, maar zeker niet de veiligste plek is. Je moet misschien wel geopereerd worden, of hebt continue medische zorg nodig.
Voor veel mensen is dit lastig, al legt het merendeel zich er ook snel bij neer. Als je je heel erg ziek
voelt maakt het soms al wat minder uit waar je bent, dan wil je vooral dat er iemand is die je snel
weer beter kan maken.
Nog niet beter, maar wel naar huis
Ben je langere tijd ziek geweest, en daardoor opgenomen in een ziekenhuis of verpleeghuis, dan kan
het moment aanbreken dat je medisch gezien naar huis zou mogen, zolang het maar zeker is dat je
daar de juiste zorg kunt ontvangen. Het is tenslotte niet de bedoeling dat je thuis direct weer zieker
wordt.
Afhankelijk van wat je mankeert, moet er op zo’n moment veel geregeld worden. Er kunnen
aanpassingen aan het huis nodig zijn bijvoorbeeld, of deze nu tijdelijk of blijvend zijn. Als je niet zelf
je bed uit kunt komen, kan een tillift worden geïnstalleerd. Een actieve tillift zorgt ervoor dat degene
die je uit bed helpt daarbij zelf geen last van de rug gaat krijgen.
Over het algemeen geldt dat naar huis gaan een stuk eerder mogelijk is als je gebruik kunt maken van
mantelzorgers, familieleden die de dagelijkse zorg op zich kunnen nemen. Vaak gebeurt dat in
samenwerking met bijvoorbeeld een wijkverpleegkundige. Voor een patiënt kan het lastig zijn deze
hulp te accepteren, het gaat hier om een partner of kind die opeens je verzorger wordt. De rollen
veranderen opeens. Toch ervaren veel mensen het thuis verpleegd kunnen worden uiteindelijk als
prettig; de vertrouwde omgeving maakt veel goed en zorgt ervoor dat men zich meer mens en
minder patiënt voelt.